Training JO14

De voetballers van de U14 zitten volop in de groei en kunnen veel leren. Tijdens de trainingen wordt er steeds meer gefocust op de verschillende opstellingen en tactieken. Daarnaast wordt er gekeken naar het druk zetten op de tegenstander. Dit kan goed worden getraind tijdens de oefeningen “opbouwen van achteruit” onder het kopje Positiespel. Maak tijdens de trainingen veel gebruik van partijvormen om het spelinzicht van spelers te verbeteren.

De hoekschop wordt vanaf de hoekvlag genomen, iets wat ook leuk is om op te trainen. De wedstrijden van U14 worden gespeeld op een groot veld, 11 tegen 11, voor 2 keer 35 minuten. De conditie van de spelers wordt steeds belangrijker omdat de wedstrijden ook steeds langer worden.
training-jo14
Klik op onderstaande categorieën om direct naar de oefeningen te gaan.

Klik op onderstaande link om naar de downloadbare voetbaloefeningen te gaan.


Leeftijd

Doelstelling van training

Trainingsvormen
JO13 en JO14Kennismaking met groot veld en opstellingen
Druk zetten op tegenstander
Omschakelmomenten
Standaardsituaties
Opbouwen van achteruit
Introductie tot individuele training incl. keeperstraining

Spelletjes

Paard van Troje

Deze oefening leert spelers samenwerken en hun motoriek te verbeteren.

paard-van-troje
  • Maak 2 teams van 5-7 spelers. De spelers houden elkaars handen vast en nemen 1 bal in het midden.
  • Het doel is om zo snel mogelijk als team om de pion en terug te dribbelen, de bal moet binnen de groep blijven.
  • Gaat de bal uit de cirkel, moet het team opnieuw beginnen.
  • Ook als de handen los gaan moet het team opnieuw beginnen.

Tic Tac Toe

Dit spelletje draagt bij aan het dribbelen en aan het nadenken tijdens het spel.

tic-tac-toe
  • Maak teams van 3-4 spelers. Beide teams krijgen een kleur toegewezen waarvan pionnetjes bij het vak liggen.
  • Er wordt een estafette gespeeld waar de voorste speler door de pionnen dribbelt en vervolgens zijn kleur pion in een van de vakken legt met als doel 3 op een rij te maken.
  • De speler dribbelt door het midden terug naar het begin en geeft de bal aan de volgende speler over.
  • Als alle vakken vol zijn en er geen 3 op een rij is gaat het spel door maar nu mogen de spelers de pionnen die er al liggen omruilen met pionnen van het andere team.

Vossenjacht

Het doel van deze oefening is om de bal te beschermen en het lichaam tussen de bal en de man te zetten.

Vossenjacht
  • Eén speler zonder bal is de jager, de rest van de spelers neemt een bal aan de voet en een lintje in de achterkant van hun broek.
  • De jager probeert de lintjes van de vossen te pakken en de vossen proberen met bal aan de voet weg te dribbelen van de jager en de bal te beschermen.
  • Als de jager alle lintjes heeft wordt iemand anders de jager.

Schieten/afronden

Schieten via kaats

Deze oefening leert spelers te dribbelen en snel te handelen. De spelertjes leren ook de bal goed voor elkaar klaar te leggen.
schieten-via-kaats
  • De speler met dribbelt tussen de pionnetjes door.
  • Na het dribbelen speelt hij de bal naar de speler.
  • Deze speler legt de bal links of rechts klaar voor de andere speler.
  • De speler schiet op doel en gaat hierna de bal kaatsen.
  • De kaatsende speler haalt de bal en sluit achteraan aan.

In 1x afronden

De spelers leren met deze oefening om direct uit een pass van een teamgenoot te schieten.
In-1x-afronden
  • De spelers met bal spelen de bal tussen de doelen door naar de spelers voor het doel.
  • De spelers schieten in 1x zonder de bal aan te nemen.
  • De spelers die hebben geschoten halen hun eigen bal en de spelers die net de bal speelden gaan nu schieten.

Vrije trappen

Met deze oefening leren de spelers schieten. Ze krijgen alle tijd om een goede aanloop te nemen en de bal goed te raken.
Vrije-trappen
  • Alle spelers pakken een bal en leggen deze op een afstand van het doel. Bij jonge spelers op 10 meter, bij oudere spelers 10-15 meter verder.
  • De spelers geven aan wie er gaat schieten.
  • Nadat iedereen heeft geschoten worden de ballen gehaald.

Dribbelen

1 tegen 1 lijndribbel

Deze oefening leert spelers voorbij hun tegenstander te komen terwijl ze bal dichtbij zich houden. Tegelijkertijd leren de spelers verdedigen.
1-tegen-1-lijndribbel
  • Er wordt een 1 tegen 1 duel gespeeld waar het doel is om met bal over de lijn van de tegenstander te dribbelen.
  • De speler met bal speelt de bal naar de speler zonder bal.
  • De spelers mogen allebei proberen over de lijn van de tegenstander te dribbelen als ze de bal hebben.
  • Gaat de bal uit of duurt het langer dan 20 seconden? Dan is het gelijkspel en komen er twee nieuwe spelers.
  • Wissel van volgorde zodat er steeds andere duels ontstaan.

Dribbelrace

Deze oefening draagt bij aan het dribbelen en de strijdlust van de spelers.
dribbelrace
  • Verdeel de groep in 2 teams. Als het ene team een speler meer heeft, moet een speler van het team met minder spelers twee keer.
  • Er wordt een dribbelestafette gespeeld met één bal, de bal wordt doorgegeven.
  • De trainer let op of er juist wordt gedribbeld.
  • Het team dat als laatste allemaal terug is na gedribbeld te hebben drukt 10x op.

Dribbelen in + vorm

Het doel van deze oefening is om te leren dribbelen en kappen. Daarnaast raken spelers op elkaar ingespeeld.
dribbelen-in-+-vorm
  • Vanaf iedere pion start tegelijk een speler met dribbelen naar het midden.
  • In het midden kappen de spelers naar rechts en geven als ze bij de pion komen de bal aan de speler zonder bal.
  • Zijn er niet genoeg spelers om bij iedere pion een speler zonder bal te hebben, dan dribbelt de speler door naar de pion waar wel een speler zonder bal staat.
  • De speler die de bal heeft afgegeven wacht nu tot een andere speler hem de bal geeft.

Passen

Passen als team

Deze voetbal oefening leert spelers met beide benen passen en aannemen.
passen-als-team
  • Doe deze vorm met maximaal 8 spelers om stilstaan te voorkomen. Bij meer dan 8 spelers, zet de vorm 2 keer uit.
  • Speel de bal rond volgens de pijlen. Na de laatste pass wordt er terug gedribbeld. Iedere speler draait in dezelfde volgorde door.
  • De L en R betekenen het been waarmee de spelers het beste kunnen aannemen om vervolgens de bal met de andere voet door te spelen.

Kaatsen en doorspelen

Deze oefening leert spelers op tempo passen en de bal goed klaarleggen voor hun teamgenoten.
kaatsen-en-doorspelen
  • Minimaal 8 spelers nodig voor deze oefening, twee bij elke pion.
  • Speler 1 speelt naar speler 2, speler 2 kaatst de bal op speler 1. Speler 1 speelt de bal naar speler 3, speler 3 kaatst op speler 2. Speler 2 speelt naar speler 4. Speler 4 kaatst naar speler 3, die speelt naar de 2e speler bij positie 1 enzovoort.
  • Speler 1 loopt naar positie 2, speler 2 naar positie 3 enzovoort.
  • Het is een doorlopend proces dat bij iedere pion hetzelfde is, kaatsen op de speler voor je en diagonaal spelen naar een pion verder.

Treintje

Deze oefening leert spelers passen onder redelijke druk en tegelijkertijd verbetert het de motoriek van spelers door de pass te timen.
treintje
  • Verdeel de groep in twee groepen, links en rechts.
  • De groepen gaan op afstand van elkaar staan.
  • Er is één bal in het spel, de voorste met bal speelt de bal naar de voorste van de andere groep.
  • Na het spelen van de bal lopen de spelers buitenom en sluiten achteraan bij het andere rijtje.
  • Speel de bal gelijk terug of neem de bal eerst aan maar probeer het zo snel mogelijk te doen om een soepel doorlopend ‘treintje’ te creëren.

Techniek

Kappen en draaien

Deze oefening draagt bij aan de techniek van de spelers. Daarnaast zorgt het tempo waarin ze blijven dribbelen voor het trainen van de conditie.
kappen-en-draaien
  • Maak tweetallen. Ieder tweetal gaat om de beurt 30 seconden heen en weer tussen de pionnetjes. De trainer houdt de tijd bij.
  • Iedere ronde verandert de manier van kappen.
  • De eerste ronde is het een simpele kap, bij de ene pion met rechts, bij de andere pion met links.
  • De volgende ronde rol je de bal onder je voet terug, de volgende ronde doe je een “cruyff turn”, de volgende ronde stap je met links over de bal en neem je de bal met rechts mee enzovoort.

Dribbelen door ladder

Deze oefening draagt bij aan de motoriek en snelheid van spelers.
dribbelen-door-ladder
  • Verdeel de groep in twee rijen.
  • Maak gebruik van pionnetjes of hekjes als je niet beschikt over een ladder.
  • Spelers dribbelen door de ladder zonder de gele randen te raken.
  • Geef steeds nieuwe aanwijzingen. Eerst rechtdoor met beide benen, dan twee vakken vooruit een achteruit, dan met sprongen twee vooruit en een achteruit.
  • Verzin zoveel mogelijk varianten om door de ladder te gaan, ook van links naar rechts.

Techniek circuit

Deze oefening leert spelers op een leuke manier hun techniek verbeteren.
techniek-circuit
  • Verdeel de spelers over de verschillende oefeningen..
  • Het doel is zo snel mogelijk het hele circuit af te leggen. Twee rondes afleggen is ook mogelijk als het te snel gaat.
  • Pas als de oefening is gelukt mogen de spelers doordraaien. Oefening 1: Speel de bal vanaf 10-15 meter in een hoepel / klein vierkant. De bal moet stil liggen.
  • Oefening 2: Schiet de bal op de lat van een groot doel.
  • Oefening 3: Houd de bal 10x zonder te vallen hoog. Maak er 20 of 30 van als de spelers een goede techniek hebben.
  • Oefening 4: Zet twee kleine doeltjes gesloten neer met 30-50 centimeter ruimte ertussen. De spelers moeten de bal er tussen lobben.

Positiespel

Rondo met extra aanspeelpunt

Deze variant op een rondo zorgt voor verdedigers dat ze met meer spelers rekening moeten houden. De speler in het midden leert goed hoe het is als centrale middenvelder.
rondo-met-extra-aanspeelpunt
  • Zet een vierkant uit met in het midden een klein vierkant.
  • Gebruik 8 spelers, een team van 5 en een team van 3.
  • Blauw speelt rond en mag de speler in het midden gebruiken, die speler moet de bal in een keer doorspelen.
  • Rood mag niet in het kleine vak komen, blauw mag niet in het grote vak komen.
  • Als rood de bal verovert mogen de blauwe spelers het vak inkomen en proberen de bal te veroveren.

Partijen met 4 kaatsers

Deze partijvorm leert spelers samen spelen en overzicht te houden over het hele veld.
partijen-met-4-kaatsers
  • Zet een relatief klein veld uit met grote doelen.
  • Maak 3 teams van 4 met 2 keepers. Twee teams spelen partijen. Het derde team wordt verdeeld naast alle doelpalen en mogen naar beide teams kaatsen.
  • De spelers mogen de bal maar een keer raken.
  • Na een aantal minuten draaien de teams door en gaat een ander team kaatsen.
  • Een eventuele extra regel is dat de teams alleen mogen scoren na een kaats van de zijkant.

Opbouwen van achteruit

Deze oefening leert spelers als team vanuit achteruit op te bouwen.
opbouwen-van-achteruit
  • Verdeel de spelers op basis van hun posities. 1 keeper op een groot doel, 4 verdedigers en 3 middenvelders.
  • Het andere team zijn 5-6 spelers, de aanvallers en de reserves.
  • Rood begint steeds met de bal en moet proberen een aanval op te bouwen en uiteindelijk over de middenlijn te dribbelen, een lange bal die niet wordt aangenomen voor de middenlijn telt niet.
  • Als blauw de bal verovert, mogen ze scoren.
  • Het doel is om te leren opbouwen.

Warming up

Passen in vierkant

Deze warming up voetbaloefening leert spelers zuiver te passen en dribbelen.
passen-in-vierkant
  • Zet een vierkant van 15 bij 15 meter uit.
  • Verdeel de groep in twee groepen, de helft dribbelt met bal door het vak. De andere helft staat rondom het vierkant.
  • De spelers met bal dribbelen door het vak en kaatsen de bal met de spelers buiten het vak.
  • Na 5 minuten wisselen de groepen om.

Vind de lege pion

Deze oefening is perfect om de sfeer op te bouwen en op te warmen.
vind-de-lege-pion
  • Zet voor iedere speler in het team een pion in een cirkel neer.
  • Een van de spelers gaat in het midden.
  • De rest van de spelers gaan allemaal bij een pion staan, één pion blijft over.
  • Het doel is om als team samen te werken door snel op te schuiven voordat de speler in het midden de pion weet aan te raken.

Rondo

Dit is misschien wel de beste oefening om op te warmen en tegelijkertijd alle aspecten van het voetbal te leren.
rondo
  • Zet een veldje uit van 10 bij 10 meter.
  • De spelers proberen de bal rond te spelen, de speler in het midden probeert de bal te onderscheppen.
  • Als de speler in het midden de bal verovert gaat de speler die de bal verliest in het midden.
  • Is de bal buiten de lijnen dan gaat de speler die de bal buiten speelt in het midden.

Snelheid

Passen en jagen

Met deze voetbal oefening verbeteren de spelers hun motoriek en techniek in de vorm van een spelletje.
passen-en-jagen
  • Maak tweetallen. Een van de spelers gaat 10 meter verder dan de speler met bal met zijn gezicht richting de achterlijn met zijn benen wijd staan.
  • De speler met bal speelt de bal door de benen van de speler zonder bal.
  • De speler die de bal ontvangt moet proberen over de achterlijn te dribbelen. De speler die de bal speelde rent achter de speler met bal aan en probeert de speler te tikken voordat de speler voorbij de achterlijn is.

Korte sprints

Deze oefening verbetert de motoriek, conditie en afwerktechniek van spelers.
korte-sprints
  • De spelers sprinten vooruit naar de eerste pion, sprinten zijwaarts naar de pion links of rechts.
  • Ze sprinten voorwaarts naar de volgende pion en dan weer zijwaarts naar het midden.
  • De speler met bal speelt de bal naar de inlopende speler en die werkt af op een van de twee kleine doeltjes.
  • De speler die heeft afgewerkt gaat nu de bal halen en inspelen voor de volgende speler.
  • Zorg dat er een extra speler met bal staat zodat het spel sneller door kan gaan.

1 tegen 1 duel

Dit spelletje bevordert de strijdlust van de spelers omdat degene die scoort wint. Daarnaast werkt de oefening aan de snelheid en techniek van voetballertjes.
1-tegen-1-duel
  • Vorm 2 rijen. In het midden staat de trainer met alle ballen om zich heen.
  • Op het sein van de trainer begint aan beide kanten een speler te rennen door de pionnen.
  • Op hetzelfde moment gooit de trainer de bal richting het doel.
  • De spelers moeten proberen zo snel mogelijk door de pionnen te rennen en te scoren.
  • De spelers halen de bal en leggen die weer naast de trainer neer.

Conditie

Conditiecircuit

Deze oefening draagt op een speelse manier bij aan de conditie van spelers.
conditiecircuit
  • Verdeel de spelers over de verschillende onderdelen.
  • 1: De speler jogt naar onderdeel 2
  • 2: De speler sprint voorwaarts naar de pion, schuin achterwaarts terug en voorwaarts naar het einde.
  • 3: De speler stapt door de ladder, bepaal zelf hoe de spelers dat doen, verzin varianten.
  • 4: De spelers pakken een bal en dribbelen door de pionnetjes heen.
  • 5: Speel de bal naar de speler zonder bal. De speler kaatst de bal en de andere speler schiet op doel. De speler die de bal kaatste haalt de bal, legt die in het vak met ballen en loopt achter het doel langs naar onderdeel 1.

Voor en achteruit

Deze oefening draagt bij aan de snelheid en conditie van spelers.
voor-en-achteruit
  • Verdeel de groep in groepjes van 4-5 spelers. Zet 5 pionnen op een rij per groep. Spelers sprinten vooruit naar pion 2, achteruit naar 1, vooruit naar 3, achteruit naar 2 en vooruit naar 4.
  • De spelers joggen rustig buitenom terug naar het begin.
  • Verzin varianten op de oefening. In plaats van achteruit terug draaien de spelers zich om of de hele oefening zijwaarts.
  • De spelers doen de oefening in een rechte lijn en gaan niet naar rechts zoals de pijlen aangeven.

Rups

Deze oefening draagt bij aan de snelheid en conditie van spelers.
rups
  • Zet een vierkant uit van 10 bij 10 tot 15 bij 15.
  • Spelers hardlopen in een treintje rondom het vak.
  • Op het sein van de trainer sprint de voorste speler om het vak heen terwijl de rest blijft hardlopen.
  • Zodra hij achteraan is, sluit hij aan bij de trein.
  • Op het volgende teken gaat de speler die nu vooraan loopt, net zolang tot iedereen geweest is.

Voetbaloefeningen JO14 downloaden

Hieronder zie je per categorie de oefeningen gesorteerd. Klik op de oefening om deze als PDF te downloaden. Zo kun je het bijvoorbeeld tijdens de training bij je houden of zelfs uitprinten.

Training & Voetbal oefeningen andere leeftijden

Check onze pagina’s van andere leeftijden voor meer inspiratie voor een geslaagde voetbaltraining.

Hoe begeleidt je spelers van JO14?

De spelers van 12, 13 en 14 kunnen tijdens de training best vervelend zijn. Zorg ervoor dat ze geïnteresseerd blijven door verschillende oefeningen te doen. Daarnaast is het van belang dat iedereen actief is tijdens de oefeningen. Spelers die moeten wachten raken snel afgeleid.